Vlaanderen investeert in extra schoolbanken in Sint-Niklaas

Vlaams minister van Onderwijs Ben Weyts bracht het goede nieuws dat de stad Sint-Niklaas kan rekenen op een uitbreiding van 280 schoolplaatsen in het basisonderwijs (goed voor 3,55
miljoen euro) en dat de onderwijszone Sint-Niklaas (waar de stad Sint-Niklaas samen met Beveren, Kruibeke, Sint-Gillis-Waas, Temse en Stekene toe behoort) een uitbreiding van 535 plaatsen in het secundair onderwijs (goed voor zo’n 6,35 miljoen euro) kan verwachten.

“Middelen die we in de stad en de onderwijszone goed kunnen gebruiken”, licht schepen voor onderwijs Maxime Callaert (N-VA) toe. “Met zo’n 20.000 leerlingen die in Sint-Niklaas naar school gaan, blijven we dé onderwijsstad van het Waasland. Onze scholen trekken leerlingen van ver buiten onze stadsgrenzen aan. Het blijft dus belangrijk om steeds voldoende plaatsen op de schoolbanken te blijven voorzien.”

Vlaanderen voorziet deze regeerperiode een recordbedrag van € 3 miljard voor nieuwe of vernieuwde schoolinfrastructuur – nog eens € 500 miljoen meer dan in de vorige regeerperiode, toen de inhaalbeweging werd ingezet. Ook het budget voorzien voor structurele extra plaatsen in bestaande scholen is met € 360 miljoen historisch hoog: nog eens de helft méér dan in de vorige regeerperiode. Van dat laatste budget moest nog € 180 miljoen toegekend worden. Deze middelen worden nu verdeeld op basis van de gloednieuwe 3de editie van de capaciteitsmonitor, die aantoont waar er een plaatstekort verwacht wordt.

“Voor het basisonderwijs kijken we nu niet meer aan tegen tekorten op de schoolbanken. Voor het secundair onderwijs, en dan zeker voor de B-stroom, toont de capaciteitsmonitor dat we ondanks deze extra middelen nog altijd een tandje moeten bijsteken om in de toekomst zeker geen tekorten te hebben. Ik ben er echter van overtuigd dat de onderwijspartners, samen met de stad en het departement onderwijs, er in zullen slagen om alle leerlingen steeds van een plaats te zullen voorzien. Onderwijs, en de vrijheid van onderwijs, is en blijft een basisrecht voor elk kind”, concludeert Maxime Callaert.